Stilte Votum en Groet NLB 280:1,2,3,7 (De vreugde voert ons naar dit huis) Wet (?) DNP 19:1-3 (De hemelkoepel spreidt) Gebed Kinderen naar KBC NLB 441:1 (Hoe zal ik U ontvangen) 2Kor 5:11-21 NLB 441:5 Preek LvK 473: 1,3 (Neem mijn leven, laat het, Heer) Formulier (hoeft niet gebeamed) Getuigenis Vragen en antwoord GK 167 = Opw 167 (Samen in de naam van Jezus) Gebed LvK 473: 7,9,10 (Neem, o Trooster, mijn verdriet) Collecte PvN 121 = HH40 (Ik kijk omhoog naar de hoge bergen) Zegen met Danish amen Koffie

Geliefde gemeente van onze Heer Jezus Christus,

Hoe ziet je CV eruit? Je curriculum vitae; dat is latijn voor: levensloop.
Daarin laat je eigenlijk zien wie je bent. Wat je kan.
Je verkoopt jezelf als je op zoek bent naar een baan.
Dit heb ik allemaal geleerd.
Dit zijn mijn toffe eigenschappen, mijn gekke hobby’s.
En daarom ben ik bijzonder, en geschikt voor het werk dat je aanbiedt.

Hoe zou de CV van Paulus eruit hebben gezien?
– Opgegroeid in Tarsus, buiten Israël;
als je later onder niet–Joden het goede nieuws wil vertellen, is dat een pre.
– Geleerd bij de beroemde Farizeeër Gamaliël.
Ook een pre, voor al die debatten met Joden,
– Ik heb ontelbaar veel kerken geplant, preken gehouden,
brieven geschreven… Paulus heeft een mooie CV, zou je zeggen.
Nouja, op Paulus’ levensverhaal zitten ook een paar donkere plekken.
– Ik heb de gemeente van Christus vervolgt.
Hij bekent het op andere plekken in zijn brieven.
En dan proef en weet je wel dat het wel vergeven is,
maar je merkt toch nog iets van schuld en schaamte.

Paulus’ levensloop is niet iets waar hij perse trots op is.
En ik denk dat we dat wel kunnen herkennen.
Soms heb je echt een verkeerde keuze gemaakt,
een rot–periode, verloren jaren op een CV,
precies daar leggen ze graag de vinger bij als ze je beoordelen.

Als je nadenkt over je eigen leven, dan is er nog iets.
Want, dankzij de genade van God,
zal het echt niet alleen bestaan uit rot–periodes.
We mogen mooie dingen doen, je mag ontdekken tot zegen te zijn,
je mag veel moois krijgen, en je ontwikkelen.
Maar dat uitschrijven, vertellen; doen we dat dan graag?
Wie loopt graag met zijn of haar CV te koop?
Hebben we dat als christenen niet een beetje afgeleerd?
Nee, het moet niet om mij gaan. Ik hoef geen aandacht. Laat maar.


Paulus schrijft aan de gemeente in Korinte,
en hij zit daar niet lekker. Hij is daar niet populair.
En nu is hij in een positie dat hij zich moet verdedigen.
Hij moet zijn eigen CV oplepelen. Hij moet zichzelf aanprijzen.
En dan zegt hij tegen de gemeente:
In vers 18: “God heeft ons de verkondiging toevertrouwd.”
En verderop: “Wij zijn gezanten van Christus,
God doet door ons zijn oproep. Namens Christus vragen wij:
laat u met God verzoenen.”

Als je daarnaar luistert vanuit deze context,
klinkt het niet bepaald bescheiden. Toch?

Alsof je solliciteert voor een baan in de hulpverlening,
en dan agressief probeert te laten zien hoe zachtaardig je bent.
Het lijkt niet te passen, wat Paulus doet.
Hij moet ze nu stevig vertellen, dat hij van ze houdt.
Ik lees een klein stukje verder uit het hoofdstuk na de tekst.
Uit 2 Korinthe 6: 2Kor 6:4–13
“We willen juist laten zien dat we dienaren van God zijn,
door altijd te volharden: in tegenspoed, nood en ellende,
onder lijfstraffen, in gevangenschap en onder volkswoede,
onder zware inspanningen, slaapgebrek en honger,
door oprechtheid en kennis, door geduld en vriendelijkheid,
door de gaven van de heilige Geest en ongeveinsde liefde,
door de verkondiging van de waarheid en de kracht van God.
We vallen aan en verdedigen ons met de wapens van de gerechtigheid,
we worden geëerd en gesmaad, belasterd en geprezen.
We worden bedriegers genoemd maar spreken de waarheid,
we zijn vreemdelingen maar toch bij iedereen bekend,
we sterven maar toch leven we,
we worden gestraft maar niet ter dood veroordeeld,
we hebben verdriet maar toch zijn we altijd verheugd,
we zijn arm maar toch maken we velen rijk,
we bezitten niets maar toch hebben we alles.
Wij zeggen u dit alles ronduit, Korintiërs,
want wij hebben u in ons hart gesloten.
Niet wij schieten in onze genegenheid voor u tekort,
maar u in uw genegenheid voor ons.
Nu dan, ik vraag u alsof u mijn eigen kinderen bent:
sluit op uw beurt ons in uw hart.”

Het is haast een wanhopige kreet van Paulus en Timoteüs.
We houden van jullie, we hebben alles voor je over.


Paulus voelt heel goed hoe apart deze situatie is.
Hij heeft al eerder gezegd: “Wat ons drijft is de liefde van Christus” 2Cor5:14
En, “Vervuld van ontzag voor de Heer,
proberen we iedereen te overtuigen.”
2Cor5:11
Maar hij weet ook: Ik hoef me niet te verkopen.
“We bevelen onszelf niet opnieuw aan” 2Cor 5:12
Hij kan zelfs zeggen: “Daarom beoordelen we vanaf nu
niemand meer volgens de maatstaven van deze wereld”

Waarom zegt hij dat? Hoe komt hij daarbij?

In het kort: omdat Jezus is gestorven, en ik met hem:
daarom maakt het niet meer uit; daarom begint Paulus over Jezus’ CV.
Zijn levensloop, zijn evangelie, is er één van leven en sterven.
In vers 14 zegt Paulus dat heel kernachtig,
maar dan wel weer zó kernachtig, dat je de zin 3x moet overlezen.
Waar de gemeente van Korinte misschien wel over struikelde,
omdat ze die hakkelende Paulus maar zo–zo vonden.
Maar wat er staat is erg mooi:
“Omdat we ervan overtuigd zijn dat één mens voor alle mensen is gestorven”
– Dat is natuurlijk Jezus: Hij is die ene mens,
die voor allen is gestorven –
en omdat we ervan overtuigd zijn “dat hij voor allen is gestorven
opdat de levenden niet langer voor zichzelf zouden leven”

– Jezus’ dood had een doel: we hoeven niet meer onszelf te verkopen;
we hoeven niet meer voor onszelf te leven –
“maar voor hem, die voor de levenden is gestorven en is opgewekt.”
Jezus’ dood, laat ons niet langer voor onszelf leven,
Jezus’ opstanding, laat ons voor Hem leven.

Dat noemt Paulus: in Christus zijn.
Als jou levensloop wordt ingevuld met de CV van Jezus.
je met hem bent gestorven, dan maakt het niet meer uit,
of je gestudeerd hebt bij Gamaliël, of niet
of je in Kampen hebt gestudeerd, of niet,
of je karrenvrachten levenservaring meedraagt,
of juist voor de eerste keer geroepen wordt voor een taak in de kerk.
Het maakt allemaal niet uit.

En daaruit trekt Paulus die interessante conclusie.
We beoordelen nu ook niemand meer.
Criteria die op een CV super belangrijk zouden zijn,
zoals de beste universiteit,
allemaal dure en interessante, taken en besturen en voorzitterschappen,
… niet meer belangrijk.
Net zoals de steken die je misschien hebt laten vallen,
de fouten waar je je voor schaamt, (Paulus heeft het verzoening)
Maar dat gaat dus samen op. Het is allemaal niet meer belangrijk.

Aan een andere gemeente kan hij schrijven: Fil. 3:7–8
“Maar wat voor mij winst was, ben ik omwille van Christus
als verlies gaan beschouwen. Sterker nog, alles beschouw ik als verlies.
Het kennen van Christus Jezus, mijn Heer, overtreft immers alles.
Omwille van hem heb ik alles prijsgegeven;
ik heb alles als afval weggegooid.”

En weer ergens anders: Gal 3:28
“Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen,
mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus Jezus.”


Maar, als ik met Jezus gestorven ben, ben ik dan weg? Wie zijn we dan?
Doet mijn verhaal er dan niet meer toe? Doe ik er niet meer toe?
Ik ben blij dat mijn zwakheden en rot–periodes,
door Jezus dood weg worden gehaald.
Maar al dat andere. Het lijkt nu alsof wie ik ben,
wie jij bent; alsof wie we zijn er niet meer toe doet.

Het is een valkuil, om jezelf zo weg te cijferen,
dat je er aan onderdoor gaat.
En het is onverantwoordelijk, om niet na te denken,
over je eigen sterke en zwakke kanten,
en natuurlijk zul je de gaven die God heeft gegeven
goed willen gebruiken.
Maar het punt is, dat we ons wie–we–zijn,
vaak spiegelen tegenover andere mensen.
En CV maak je voor anderen,
en voor hén wil je goed voor de dag komen.
Maar dan kun je zo maar het belangrijkste vergeten.
Voor God, sta ik al goed.
Want door Jezus’ dood en leven, ben ik al een nieuwe schepping.
Voor God sta ik goed, verzoend.
Ik en jij, en jullie allemaal, je mag goed voor God staan.

Paulus zegt niet: “Daarom beoordelen we vanaf nu niemand meer”
maar daar voegt hij aan toe: “volgens de maatstaven van deze wereld”
Al het werk dat je deed en doet,
zien we in het licht van Jezus.

In al het pastoraal en diaconaal werk wat jullie deden,
__ ,
jullie deden dat niet als naamloze, kleurloze anonieme mensen.
Jullie deden het allemaal op je eigen manier.
En zo heeft God het ook bedoeld. En daar zijn we dankbaar voor.
Want het was allemaal: in Christus.
En daarom hoef je je niet druk te maken, over menselijke maatstaven:
vinden de mensen wel dat ik het goed deed?
De beoordeling van anderen doet er niet toe,
want je bent een nieuwe schepping.

En zullen ook jullie, __ , je taak op jullie manier oppakken.
En ook dat zal beschermd zijn, door het levensverhaal van Jezus.
Verzoend. Alles wat fout mocht gaan, het is verzoend.
Alles wat goed zal zijn, en gezegend,
is het, omdat het is opgenomen in Jezus’ levensverhaal.
En ik geloof dat ook jullie zullen kunnen zeggen:
wat ons drijft is de liefde van Christus.
Als dat je drijvende kracht is, ben je nooit alleen.


Ik vroeg net: als we met Jezus gestorven ben, wie zijn we dan?
In de tekst die we hebben gelezen,
kun je die vraag ook bijna bij elke regel stellen.
Wie zijn ’wij’? Wie is die ’ons’ als Paulus zegt:
“Ons heeft hij de verkondiging van de verzoening toevertrouwd.
Wij zijn gezanten van Christus, God doet door ons zijn oproep.
Namens Christus vragen wij: laat u met God verzoenen.”

Als eerste denken we natuurlijk aan Paulus zelf.
Hij schreef deze brief, samen met broeder Timoteüs.
Hun was op een hele bijzondere manier het goede nieuws toevertrouwd,
en dat moest Paulus aan de mensen daar in Griekenland uitleggen.
Ze zagen die Hem niet zo zitten, met zijn ingewikkelde zinnen,
die zich misschien wel telkens versprak.
Paulus moest zeggen, dat ze echt naar hem moesten luisteren.
Hij had gezag van Christus gekregen,
hij had deze roeping, hij had ze dit te zeggen.
Hij is een nieuwe schepping.
En dan moeten ze hem niet negeren.

En Paulus vindt dat, net als wij, moeilijk om te doen,
omdat het lijkt alsof hij zichzelf verkopen moet.
Maar de boodschap van Christus verkoopt zichzelf wel.
Dat gedoe met maatstaven, dat is allemaal voorbij,
ook al legt de gemeente van Korinte Paulus langs hun maatstaven.
Praat hij wel mooi genoeg? Komt hij wel vaak genoeg langs?
Paulus kan het van zich af laten glijden.

Maar de reden daarvoor is heel algemeen:
“Hij heeft ons met Christus verzoend”; jou niet dan?
Paulus zegt: wat ons drijft is de liefde van Christus,
is dat exclusief van Paulus? Wij houden toch ook van Hem?
Ik geloof daarom dat alles wat Paulus hier over zichzelf zegt,
op ons allemaal van toepassing is.

Want dit is wat er gebeurt als de verzoening aan je bediend wordt:
Saulus was een slecht mens. Hij haatte Christus,
maar de liefde van Christus dreef hem recht in zijn armen.
Hij maakte een nieuwe schepping: Paulus is verzoend.
En ik en jij ook.
Ook wij zijn verzoend, terwijl we er niet om vroegen.
Paulus is geroepen, heel bijzonder, dat is uniek,
hij was getuige van verzoening voor hem,
en zag het levensverhaal van Jezus zich aftekenen in zijn eigen leven,
maar dat geldt ergens toch ook voor ons allemaal?
Jij bent toch ook getuige van het goede wat God voor jou wil doen?
Bij jezelf maar ook bij anderen?

Als dit stukje van de CV van Jezus op jou van toepassing is,
dan de rest van zijn levensverhaal ook.
Zoals Jezus en Paulus, misschien in het groot,
geroepen waren en een taak kregen
om van die verzoening te getuigen en te vertellen,
zo wij allemaal in het klein.
Je bent niet alleen geroepen als je op de bankjes vooraan zit,
maar ook als je op de achterste rij zit;
en alles daar tussen in.

De vraag die boven deze tekst hangt is: wie zijn wij?
Als je verzoend bent, als je zonden vergeven zijn,
dan maakt God je daar niet alleen getuige van, maar ook gezant.
Ga er maar mee rond.
Wat God voor jou doet, mag je doorgeven.
Jou is de bediening verzoening toevertrouwd,
omdat je ook zelf verzoend bent.
En zo zijn ook wij gedreven door de liefde van Christus.
Zo zijn ook wij een nieuwe schepping.
We zijn allemaal verzoend, en daarom geroepen, tot ambassadeur.
wij zijn nu gezant.
Allemaal worden we boodschappenjongens en –meisjes,
van het verhaal van Jezus:
Dat hij gestorven is, en leeft, en verzoenen wil.

“Hij heeft ons door Christus met zich verzoend
en ons de verkondiging daarover toevertrouwd.”

Wil je daarvan getuigen?
Stem dan maar met me in, en zeg: Amen


online delen:

tag verzoening ambt kerk getuigen identiteit Paulus

Meer preken uit 2 Korintiërs