Dt. 15:1-11 | link naar preektekst |
Kwijtschelden of betaald zetten?
michazondag, herfst(b) | 2018-10-14 mo Heerde |
Geliefde gemeente van onze Heer Jezus Christus,
De rijken worden rijker, en de armen worden armer.
Het is een vervloekt systeem.
Konden we maar op de reset–knop drukken.
En wat voor geld geldt, geldt ook voor macht.
De mensen met macht worden machtiger,
Want ze hebben de macht,
om meer rechten naar zich toe te trekken,
terwijl de meerderheid machteloos toekijkt.
Dat gaat vaak samen op, hè? Geld en macht.
Dat je meer recht van spreken lijkt te hebben, als je het gemaakt hebt.
Dat je mond groter wordt, als je portemonnee dikker is.
Je hebt van die grote internationale bedrijven,
die zijn goed voor de Nederlandse economie.
Die wil je hier hebben, dan kunnen mensen er werken.
Maar ze zetten dat in, om voordelige belastingregels te krijgen.
Bedrijven winnen, burgers verliezen, zo lijkt het.
Is dat nou eerlijk?
En ondertussen worden de machtigen machtiger,
worden de rijken rijker.
Een stapje dichter bij huis.
Zit je op school, maar zijn je ouders niet zo rijk,
dan schatten scholen bij studie–advies, je kansen lager in.
Scholen denken bij rijke ouders eerder dat je naar de havo of vwo kan,
dan als je arm bent. Is dat nou eerlijk?
En zo hou je dus rijkeluiskindjes die lekker kunnen studeren,
en even intelligente, en soms nog harder werkende kinderen,
die toch minder kans maken.
Nog een stapje dichter bij huis.
Misschien heb je wel eens in de winkel voor de keus gestaan,
chips kopen; kies je de goedkope, die ongezonder is,
of de duurdere, maar wel met betere vetten?
Of kleren, of groente, of wat dan ook:
Kies je voor iets duurder, maar wel een eerlijke prijs,
of toch de goedkopere?
En dan moet je maar even niet denken
aan de omstandigheden waarin de slaven van vandaag,
zich voor jou uit de naad hebben gewerkt.
Die keuzes die je maakt, dat is de macht die wij hebben,
invloed die je kan uitoefenen.
Maar heb je echt keus?
Ja, als je het geld had, at je altijd biologisch,
dronk je verantwoorde koffie, en at je eerlijke chocola.
Als je het geld had, dan had je de macht om goed te kiezen.
Zo lijkt het.
Voel je het dilemma?
Het is een vervloekt systeem.
En ondertussen: de rijken worden slapend rijker,
en de armen worden werkend armer.
… Tenzij er iemand is die het voor je opneemt.
Donald Trump heeft kiezers, gewone mensen, getrokken,
met het verhaal dat hij super rijk is,
dat hij weet hoe hij rijk moest worden,
en nu gaat hij die vaardigheden inzetten voor het gewone volk.
Mensen geloofden dat.
Of nog zo’n voorbeeld:
Ik had het pas op mijn Facebook–tijdlijn.
Elon Musk zou een nieuw bedrijf starten.
Hij maakt een computer–programma dat je helpt op de beurs.
En het verkoop–verhaal is dat de top 10 procent van de rijken
er armer van worden, maar, jij, de gewone man, er rijker van wordt.
De welvaart wordt nu eerlijk verdeeld.
Als een soort Robin Hood,
die steelt van de rijken en geeft aan de armen.
Tenminste, dat is het verkoop–verhaal.
Geloof je zo’n president?
Geloof je zo’n goeie handelaar?
Ik vertrouw die Donald voor geen cent,
Elon Musk dan weer wel, met zijn duurzame elektrische auto’s.
Maar ik vertrouwde die website, het verhaal niet.
Ik merk dat ik een beetje somber word, cynisch,
als ik zo naar de wereld kijk.
De de bijbeltekst kan dat gevoel zelfs versterken:
“Armen zullen er altijd zijn bij u.”
En ondertussen worden de rijken rijker.
Zie ik aan de ene kant sloppen–wijken,
en fabriekshallen die een hel zijn.
En aan de andere kant privé–eilanden en belasting–paradijsjes.
Man, wat een vervloekt systeem.
Konden we maar op de reset–knop drukken.
Als God zijn regels geeft heeft hij een ander paradijs voor ogen.
De wetten voor het land wat hij belooft, zijn eerlijk,
en bieden gelijke kansen.
Elke 7 jaar, worden de leningen kwijt gescholden.
Je kan weer opnieuw beginnen.
De rijken kunnen nu niet meer verdienen aan de tekorten van anderen.
Toch is dat wel opvallend.
Want als je de regels op je in laat werken,
zit er wel iets tegenstrijdigs in.
Die wetten zeggen namelijk ook dat armoede niet nodig is.
Het staat er echt: Dt15:4v
“Overigens zal niemand van u in armoede leven,
zozeer zal de HEER u zegenen in het land dat hij u in bezit zal
geven”
Dat klinkt als Gods ideale beloofde wereld, idealistisch,
fantastisch, als een fantasie.
God geeft genoeg voor iedereen. Zegen.
Maar, klopt dat wel? God zegt het wel, maar is dat zo?
God zegt: er hoeft geen armoede te zijn.
Maar tegelijk:
Armen zullen er altijd zijn bij u.
Als je goed leest, en dan zitten we precies bij het tegenstrijdige,
Mozes zegt: “niemand van u zal in armoede leven, (…)
tenminste, als u Hem gehoorzaamt
en de geboden die ik u vandaag voorhoud zorgvuldig naleeft”
En daar zit dus precies de strijd die we voelen.
Hield iedereen zich er maar aan.
Lukte het ons maar om verantwoordelijk om te gaan,
met bezit, zonder dat het een obsessie wordt,
met anderen voor je laten werken, zonder dat het slavenarbeid wordt,
met deze wereld, zonder dat we alles willen uitmelken.
Het is alsof God in deze tekst in Deuteronomium zegt:
Dat is wat ik wil, dit is wat ik verlang, dat iedereen het goed heeft.
En ik geef je genoeg zegen om het waar te maken.
En tegelijk zegt God:
En ik weet dat het niet gaat gebeuren,
als iedereen maar doet wat goed is in eigen ogen.
Ik weet hoe gebroken de wereld is: “armen zullen er altijd zijn.”
Heb geen illusies, dit gaan wij niet fixen.
God erkent de gebrokenheid van je bestaan.
Hij weet hoe niet–fair onze handel en wandel is.
Dat het de zwakken zijn die de klappen opvangen;
en machthebbers die, bewust of onbewust,
door het gebruiken van die macht, zichzelf in stand houden,
ten koste van anderen. God weet het.
En God zegt er tegelijkertijd mee.
Maar laat je niet ontmoedigen.
Vergeet het ideaal niet. Geef niet op, om daar wel naar te streven.
Vers 11: “Daarom druk ik u op het hart om vrijgevig te zijn
tegenover iedereen in uw land die in armoede leeft of er slecht aan toe
is.”
En eerder zei Mozes ook al, vers 7:
“Zou er in een van de steden in het land dat de HEER, uw God, u zal
geven
toch iemand uit uw eigen volk gebrek lijden, dan mag dat u niet koud
laten.
U mag uw hand niet op de zak houden, maar u moet diep in de buidel
tasten
en hem lenen zo veel als hij nodig heeft.”
Dat is de spanning, de tegenstrijdigheid die er in Deuteronomium in
zit.
Spanning tussen Gods goede wil, en onze werkelijkheid.
Maar ook de aanmoediging: blijf delen! Wees eerlijk, doe recht.
Je weet toch, wat goed is?
En dan die andere lezingen van vanmorgen.
Simson, daar gaat het niet echt over rijk en arm,
maar wel over macht:
Wanneer Filistijnen de baas zijn,
en wanneer Simson jaagt, en brandt en om zich heen slaat,
als Filistijnen een strafexpeditie uitvoeren,
en de Judeeërs daarna doodsbang bij Simson komen:
“Hoe kon je ons dit aandoen? Je weet toch dat de Filistijnen hier de
baas zijn!”
Het gaat allemaal over macht en over betaald zetten.
Op verschillende manieren, valt ons van alles op in dit verhaal,
wat schuurt, wat ons niet lekker zit.
Die idiote weddenschap op de bruiloft, en dan de wraak van Simson,
en dan de wraak van Filistijnen weer.
Misschien moet ik hier een andere keer over preken,
maar dit is niet wat ik er nu uit wil halen.
Waar het om gaat is dit: God heeft de macht. Hij geeft een verlosser.
Iemand die in verzet komt tegen het systeem van de vloek.
Iemand die de tegenstrijdigheid laat zien:
Want het klopt niet,
dat je in het beloofde land, door een vijand overheerst wordt.
God geeft Israël Simson als rechter, als een soort Robin Hood,
iemand die de Filistijnen een lesje leert.
Zo zegt God als het ware: Vergeet mijn ideaal niet.
Je zult je eigen graan kunnen verbouwen, want God geeft genoeg zegen,
Je zult in vrijheid kunnen leven, zonder onderdrukking en uitbuiting.
“Tenminste, als u Hem gehoorzaamt en de geboden naleeft”
Nouja, dat was nu net het probleem.
En je ziet hoe deze verlosser, zelf onderdeel is van systeem.
Hoe diep de vloek gaat, want ook Simson zit in het systeem
van macht en misbruik, ook hij gaat op dit punt onderuit.
In al die gebrokenheid kun je afgeleidt worden door de vragen
die op je afkomen als over Simson leest.
Bij Michazondag denk ik vooral: ach die arme beesten,
en wat een verspilling van graan,
en O, die rook, dat is slecht voor de CO2 uitstoot.
Maar God wil met Simson op een dieper nivo laten zien,
hoe hij terug wil naar zijn ideaal.
Dat er te eten is voor iedereen,
en dat niet de Filistijnen de oogst komen jatten.
Dat er eerlijke handel is, en niet machtsmisbruik.
Juist door de overheersing van de Filistijnen, was het volk bang.
Ze durven niet meer te hopen. De Judeeërs zijn bang en moe.
Ze hebben de overheersing geaccepteerd.
Ze hebben het beloofde land opgegeven.
Ze hebben Gods ideaal opgegeven.
Daar komt Simson op zijn wrange manier, tegen in het geweer.
Door alles wat er mis is met Simson,
verlangen we naar een redder die wel perfect is.
We lazen uit Matteüs hoe Maria olie aan Jezus gaf.
Verspilling? Was dat nou duurzaam?
Even tussen door, zie je dat hier de vraag gesteld wordt, door de
leerlingen,
in een poging met goede vragen, verkeerde macht uit te oefenen.
Ze missen het punt. Jezus gaat er dan ook aan voorbij.
Hij citeert de tekst uit Deuteronomium:
“Want de armen zijn altijd bij jullie,
maar ik zal niet altijd bij jullie zijn.”
Jezus erkent, net als de eerste tekst van Mozes,
de gebrokenheid van deze wereld.
Ik weet het: “armen zullen er altijd zijn.”
En precies daarom gaat hij verder:
“Ik zal er niet altijd zijn, ik ga sterven. En precies hierom.”
Jezus weet hoe niet–fair onze handel en wandel is.
En precies daarom onderging hij zo’n oneerlijk proces.
Hij degene die het gemaakt heeft. Letterlijk. Alles is door God
gemaakt,
hij bezit alles, er is niets wat niet van hem is.
Maar juist Hij, de rijkste van de rijken, kiest ervoor om arm te
worden.
De almachtige, wordt de zwakke, om voor ons de klappen op te vangen.
Hij houdt mij in stand, ten koste van zichzelf.
Zo wordt hij, de rijke, armer, en ik, de arme, rijk in Hem.
Dit is niet het vervloekte systeem, maar dat van zegen, waar genoeg van
is.
Hij is de reset–knop.
Hij is de redder, de rechter, die door te verliezen,
door de macht op te geven, er in slaagt,
waarin Simson met al zijn geweld, faalde.
Hij overwint het kwade door het goede,
hij overwint de overmacht door zijn overgave.
En zo laat hij zien, waar Gods ideale wet, ten diepste over ging:
Kwijtschelding.
Voor alles waarin Simson, en Trump tekortschoten.
Het is er, voor jou en voor mij, als je gelooft.
In Gods ideale wereld, in zijn volmaakte wet,
die woorden van wijsheid en eer,
zien we dat God onze gebrokenheid kent.
Dat hij wel weet, dat het mij niet lukt met mijn gehoorzaamheid.
Dat wij geen paradijs op aarde kunnen maken.
En God zag dat. En betrok zijn eigen wet op zichzelf:
“Zou er in een van de steden in het land dat de HEER, uw God, u zal
geven
toch iemand uit uw eigen volk gebrek lijden, dan mag dat u niet koud
laten.”
Mijn tekorten, mijn falen, mijn gebrek aan liefde en empathie,
aan medeleven en vrijgevigheid, mijn ongehoorzaamheid liet God niet
koud.
Dus wat deed God:
“U mag uw hand niet op de zak houden, maar u moet diep in de buidel
tasten
en hem lenen zo veel als hij nodig heeft.”
Hij gaf ons alles wat hij had.
Nu zullen ook wij, hem volgen, dat beloofde land in.
Worden wij door zijn goedheid, nu ook zelf goede mensen,
laat ons het leed niet meer koud, maar worden ook wij vrijgevig.
“Daarom druk ik u op het hart om vrijgevig te zijn
tegenover iedereen in uw land die in armoede leeft
of er slecht aan toe is.”
We volgen Jezus na, en schelden wij de schuld van andere kwijt.
Ook daarvoor geeft hij ons alles wat we nodig hebben.
Want van die zegen is er genoeg.
Amen
online delen:
macht gezag overgave rijk en arm zegen schuld vergeven meeleven Simson vos Maria (Bethanië)
Meer preken uit Deutronomium