Fil. 2:16 | link naar preektekst |
In beweging
startzondag, belijdenis | 2020-09-13 mo Heerde 2020-10-18 leespreek Gees |
Geliefde gemeente van onze Heer Jezus Christus,
Ik hou van techniek,
van mooie spulletjes die het leven mooier en makkelijker maken.
Hier is een horloge, en daar zit een stappenteller op;
’t meet je hartslag, van alles.
Dat soort dingen vind ik interessant, want meten is weten.
En zitten is het nieuwe roken.
Tegelijk zijn die cijfertjes soms ook wel hard.
Want het legt ongenadig bloot dat ik echt veel te weinig beweeg.
Ik fiets naar mn bezoeken of een vergadering, of ik loop een ommetje.
Misschien heb je ook wel op je telefoon die app van de hersenstichting,
die je aanmoedigt om elke dag 20 minuten te lopen.
Je kunt daar ook medailles verdienen.
Op een speelse manier wordt je zo geholpen gezonder te leven.
Mijn horloge doet hetzelfde: Als ik een uur niet bewogen heb,
krijg ik om 10 minuten voor het hele uur, een tikje op m’n pols.
En dan weet ik precies hoe laat het is: tijd om in beweging te komen.
Dat bewegen gezond is, zullen we het allemaal over eens zijn.
Maar dat het de één beter lukt dan de ander, ook.
Je hebt mensen die super sportief zijn.
Die een kick krijgen van rennen of fietsen.
Het gevoel van endorfine dat door je lijf stroomt.
Die ’s ochtends een goeie wandeling maken.
Of bij het Heerderstrand een paar baantjes trekken in het ijskoude
water.
We hebben volleyballers en voetballers.
En je hebt van die a–sportievelingen als ik,
waarbij de stappenteller je op de vingers tikt.
Maar het gaat echt niet alleen over in–beweging–zijn met je lijf.
Ook je hersens moeten in beweging blijven.
En of je dat nu bijhoudt door een potje schaken, een goed boek,
of een sudoku, of zoals mijn opa vroeger, door een cryptogram te maken.
Je hoofd blijft in beweging, door niet alleen je eigen mening te
bevestigen
en in een klein cirkeltje te denken,
maar je ook bloot te stellen aan anderen, nieuwe inzichten.
Door bereid te zijn om te leren van elkaar.
Op allerlei manieren kun je in beweging zijn; en dat is nodig.
Misschien zit het dus in je, lekker fanatiek. En misschien ook niet.
En op een bepaalde manier geldt dit ook voor ons als gelovigen.
Sommigen gaan er helemaal voor, vinden het fijn om iets te organiseren,
te regelen, handen uit de mouwen.
Anderen zijn misschien moe en uitgeput,
en zoeken juist vrede en rust bij God.
Maar wat nu, als je te weinig beweegt? Geen stappen zet in het geloof
Je een andere weg wil, of het niet lukt om met God mee te komen?
Hebben we dan een stappenteller, die zegt: kom ’s in beweging?
Dat is de achterliggende vraag waar we dit jaar mee bezig gaan.
Ben ik in beweging, en wat drijft mij dan?
Of is het tijd om in beweging te komen? En wat helpt mij dan?
Paulus heeft het in Filippenzen over inspannen en afmatten.
Hij heeft het over een hardloopwedstrijd, over een wedloop,
hij heeft het over ploeteren, keihard trainen en blokken.
Dat kun je snappen als je bedenkt hoe hij als apostel hard heeft
gewerkt.
En hij houdt het ook zijn lezers voor: blijf werken,
hou het bij, “Houd daarbij vast aan het woord dat leven brengt.”
En in al dat werken verzucht Paulus:
ik hoop dat het allemaal niet voor niets is geweest…
En in die tekst uit 1 Korinte zie je precies hetzelfde: 1Kor.
9:23–27
“Daarom ren ik niet als iemand die geen doel heeft,
vecht ik niet als een vuistvechter die in de lucht slaat.
Ik hard mezelf en oefen me in zelfbeheersing,
want ik wil niet aan anderen de spelregels opleggen
om uiteindelijk zelf te worden gediskwalificeerd.”
Zo serieus neemt Paulus het dus.
Alsof hij gediskwalificeerd zou kunnen worden.
Ik vind dat eigenlijk best wel mooi.
Hij hoopt dat het niet voor niets is.
Hij is dus niet zo arrogant om te denken dat hij al wel binnen is,
of dat hij toch eigenlijk wel de gouden medaille verdient.
Hij gaat niet op zijn lauweren rusten. Zo werkt geloven niet.
Als evangelist wist hij als geen ander,
dat er werk aan de winkel is.
Op dit moment zit Paulus gevangen. Hij kan niet gaan waar hij wil.
Het lijkt alsof hij vast zit. Alsof het evangelie momentum verliest.
Maar dan gaat hij schrijven. Al die kerken bij langs.
Ook als hij zo stil zit wil hij de beweging van Jezus verder brengen.
Want de wereld moet Jezus volgen. Gaan op de weg die Hij ons voorging.
Gaan op de weg die God wijst.
In beweging, achter Hem aan. Kom ga je mee?
Paulus weet dat dus. En doet daarom die oproep.
Hou het vast. Laat me trots zijn, laat mijn werk niet voor niets zijn
geweest,
dat ik me niet voor nop heb ingespannen en afgemat…
Hij coached de gemeentes om er vol voor te gaan.
En hij houdt dat ook zichzelf voor:
“ik wil niet aan anderen de spelregels opleggen
om uiteindelijk zelf te worden gediskwalificeerd.”
Maar daarom vind ik het ook een beetje lastig.
Want het goede nieuws, is er een van een nieuw leven,
“het woord dat leven brengt” noemde Paulus het het.
En dat is genade, en vrede, en dat krijg je.
Da’s maar goed ook, want als ik het zelf voor elkaar zou moeten boksen,
zou het helemaal mis gaan.
Moet ik nu toch keihard gaan rennen?
Moeten we weer van alles?!
Actief voor het kinderwerk, crèche opstarten, bijbelstudies,
stoelen klaarzetten, roosters hier, roosters daar.
Man man, we moeten zo veel…
Misschien vind je het eigenlijk wel relaxed, deze coronatijd,
toen je niet naar de kerk kon, niet van alles hoefde.
En zit dit niet een beetje in ons allemaal,
dat het wel heel fijn is, als de kerkenraad geregeld is,
(en jij gelukkig niet gevraagd bent…)
Als andere mensen de startzondag organiseren,
en mensen de boel draaiend houden,
en jij thuis lekker achter de tv je dienstje kunt consumeren.
De dingen die niet kunnen missen we natuurlijk,
maar die pauze, voelde dat niet ook een beetje lekker?
En: kom je weer op gang, als de dingen wel kunnen?
Misschien is het tijd, 10 voor, en krijg je een vriendelijk klopje op je
pols.
Joh, het is tijd om in beweging te komen…
Maar voel je de spanning?
Want ik het juist zo mooi dat ik het zomaar krijg,
onverdiend, en dat is ook de enige manier,
en tegelijkertijd is er die oproep om te trainen.
Je net als Paulus afmatten en inspannen,
maar dan zonder Gods liefde te willen verdienen.
Dit zal de spanning zijn die in dit Jaarthema zit.
Er zit iets motiverends en stimulerends in wat Paulus hier zegt.
Kom op. Kom in actie.
En tegelijk werkt het verhaal van Jezus zo, dat je het zomaar krijgt,
als een kadotje, genade.
Kijk, mijn stappenteller, die alleen maar de harde koude cijfers
bijhoudt,
is ongenadig. En zo werkt geloven in ieder geval niet.
We moeten elkaar hier ook in liefde meenemen,
geloof is iets waar je elkaar voor nodig hebt,
wat je moet onderhouden. Want alleen hou ik het niet vol.
En die twee kanten zullen er altijd aanzitten.
Het zomaar krijgen, bewogen worden, maar ook zelf in beweging zijn.
Je ziet het precies terug in die eerste verzen die we gelezen hebben.
vers 12: Blijf u inspannen voor uw redding, en doe dat in diep ontzag
voor God.
Denk maar aan die sporttaal: Rennen, afmatten, zweten.
En zie de kerk maar als een plek om te trainen, te oefenen,
laat dit een plek zijn waar je ook onderuit mag gaan en weer
opkrabbelen.
Hier oefenen we om God te dienen. Godsdienstoefening.
Dus: Span je in… want … vers 13:
Want God zorgt er voor dat je het wil, en ook nog eens doet.
“want het is God die zowel het willen als het handelen bij u
teweegbrengt
omdat het hem behaagt”. Dus gewoon, omdat hij daar plezier in
heeft.
Hij zorgt dat je het kunt. Dat je het wil. Zomaar.
Voor sommige mensen is er een valkuil,
ik zie het bij best veel mensen:
ze houden veel van God, zetten zich graag in.
Want het hoort er gewoon bij.
En daar hebben ze helemaal gelijk in!
Maar soms als je doorvraagt, doen ze de dingen vooral,
uit loyaliteit, plichtsbesef. Omdat anders niemand het doet.
Ik heb daar respect voor, en er zit iets goeds in.
Maar daar houd je de wedstrijd niet lang op vol.
Als God ervoor zorgt dat je het echt wil,
dan komt het als een goed is echt van binnenuit.
En dat gaat dieper dan ’moeten’ en ’plicht’ alleen.
God werkt niet alleen het werken, maar ook het willen.
Geloof is een vorm van Cardio.
Want er gebeurt wat in je hart,
niet alleen het werken, maar ook het willen.
De valkuil is, dat je je hart niet mee hebt.
Dat je je om de verkeerde redenen afmat en inspant.
Alsof je aan het trainen bent met een heleboel ballast.
Daarom kan Paulus ook zeggen (vers 14):
“Doe alles zonder morren en tegenspreken.”
Dat is niet omdat hij zo autoritair is een geen tegenspraak duld,
maar omdat het een teken is of je hart wel wil meedoen.
Test dat maar eens bij jezelf.
Wil je in beweging komen?
Voel je een verlangen in je hart? Zit er liefde voor God onder?
Maar dan is die liefde dus een reactie op Gods genade,
en al lang niet meer omdat je hoopt op Gods waardering of genegenheid.
Dan wil je God gewoon dienen, eren.
Kijk maar bij jezelf, hoe dat zit met je wil.
Dat willen, daar zijn we vanmorgen ook getuige van.
We zien 4 mooie mensen, die in beweging komen.
Die er zelf voor kiezen om achter Jezus aan te gaan.
Op een bepaalde manier hebben jullie dus naar Paulus geluisterd:
Jullie komen in beweging. Jij geeft je eigen antwoord op God.
En we vieren dat samen.
Deze startzondag is daarmee echt niet het startschot van jullie geloof,
want God is begonnen, Hij is het, die bij je doop allang had laten
zien,
dat je het krijgt, zomaar.
Vanmorgen is Paulus onze coach, om je aan te moedigen, te bemoedigen.
Je bent niet gek als je voor Jezus gaat,
ga zo door hoor, laat je niet afleiden.
Hou je ogen gericht op de prijs. Hou vast aan het woord van het leven.
Misschien is het nu afzien, moet je jezelf beheersen,
maar we doen het ergens voor.
Zo worden jullie en wij opgenomen in de wereldwijde beweging,
dat grote lichaam van Christus, en samen willen we ons inspannen,
en zijn we bewogen met de wereld.
Dat is de manier waarop jij en ik moeten meebewegen.
We moeten gaan op Gods weg. Dat doe je niet door stil te staan,
maar door in beweging te zijn. Te wandelen met God.
Kunnen we op een genadige en liefdevolle manier aan elkaar vragen,
om in beweging te komen?
Ik hou van techniek, maar ik hou nog meer van genade,
van dat mooie, dat het leven niet alleen maar mooier maakt,
maar de bron is van het leven zelf.
Hij houd een vinger aan de pols, en meet je hartslag.
Legt in je hart, om te willen en te doen.
Een stappenteller is ongenadig, maar God legt genadig bloot,
als je blijft hangen in je ouwe leven,
om je dan ook weer de hand te reiken en je te laten opstaan.
Hij legt ook de vinger op de zere plek,
als je te hard werkt, misschien wel uit angst,
alsof we het toch moeten verdienen. Maar zo werkt genade niet.
Hij geeft het je: om met je hart te geloven, en in je handelen.
Hij geeft het, zodat je ook zelf ervoor wil gaan.
Zullen we elkaar dit jaar zo meenemen?
op een speelse manier, wordt je geholpen, naar een eeuwig leven.
Achter Jezus aan.
Dus Hup. In beweging! Amen
online delen:
balans genade goed doen kerk als oefenplek Jaarthema In beweging corona
Meer preken uit Filippenzen